Referentiefuncties Dierhouderij

Functiecategorie

Functieschaal

Leidinggevend


Zoeken op oude referentiefunctienamen

Teamleider dierverzorging II

Kenmerken van de referentiefunctie

De teamleider dierverzorging II kan voorkomen op alle soorten van agrarische bedrijven waar dieren worden verzorgd t.b.v. fokken, mesten of de productie van dierlijke producten. De functiehouder stuurt, via tussenpersonen, een deel van het bedrijf dan wel een heterogene afdeling aan (verschillende diergroepen en/of processen). De functiehouder is als hiërarchisch leidinggevende verantwoordelijk voor het realiseren van de team-/afdelingsresultaten en de daarvoor benodigde mensen en middelen. Besluiten vallend binnen de eigen verantwoordelijkheid worden in principe zelfstandig genomen, waarbij de teamleider zich laat adviseren door de leidinggevende. Zijn/haar focus is zowel intern (afdelingen) als extern (leveranciers, afnemers, dienstverleners) gericht. De functiehouder heeft een scope van enkele weken, werkt hiertoe plannen uit, initieert en volgt verbeteracties op. De (niveau-)verschillen tussen de teamleider dierverzorging I en II worden aanvullend uiteengezet in de NOK-bijlage.

Organisatie

  • Direct leidinggevende: vakinhoudelijk leidinggevende
  • Geeft leiding aan: 15 - 30 medewerkers (hiërarchisch)
Resultaat­gebieden Taken Resultaatindicatoren
Opera­tionele voortgang
  • uitwerken en uitvoeren van afdelingsplannen;
  • opstellen van werkroosters op basis van week-/maandplanningen, regelen van voldoende bezetting;
  • toewijzen van werkzaamheden, geven van aanwijzingen/instructies;
  • toezien op de voortgang en uitvoeringskwaliteit, bijsturen van problemen en stellen van prioriteiten;
  • toezien op de naleving van de voorschriften en werkmethoden;
  • verzorgen van de afstemming met (in- en externe) schakels in de keten (afdelingen/leveranciers/afnemers);
  • onderhouden en bestendigen van relaties met ketenpartners.
  • efficiency personeelsplanning (uurinzet/uurtarief/vast versus flexibel);
  • optimale capaciteitsinzet/voortgang;
  • realisatie planning;
  • duidelijkheid instructies;
  • juiste afwegingen/prioriteiten;
  • conform voorschriften.
Beschik­baarheid middelen
  • toezien op het juist gebruik van inventaris/apparatuur en de directe omgeving, nemen van acties bij afwijkingen, storingen e.d.;
  • doorgeven van bestellingen aan (vaste) leveranciers dan wel betreffende afdeling/functionaris op basis van planning;
  • monitoren en evalueren van leveranciersprestaties;
  • voorbereiden van onderhandelingen (o.m. opvragen en vergelijken van offertes) en adviseren van leidinggevende omtrent gunning;
  • zorg dragen voor de tijdige beschikbaarheid van middelen (ge- en verbruiksartikelen).
  • tijdige beschikbaarheid middelen;
  • aantal overgenomen adviezen aangaande leveranciers;
  • aard/omvang voortgangsverstoringen.
Optima­lisatie
  • signaleren van knelpunten in de operationele bedrijfsvoering en doen van verbetervoorstellen;
  • uitwerken en toelichten van verbetermogelijkheden;
  • doorvoeren van gefiatteerde verbeteringen in de bedrijfsvoering.
  • aantal voorstellen (juiste en tijdige signalering);
  • aantal door leiding overgenomen ideeën e.d.
Personeels­beheer
  • regelen van verlof, afwikkelen van 1e lijns verzuim;
  • aanspreken op gedrag en bevorderen van een positief werkklimaat;
  • selecteren, inwerken, op- en begeleiden van nieuwe medewerkers;
  • voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken en adviseren aangaande consequenties;
  • op peil houden van dierenwelzijn-, veiligheid- en milieubewustzijn van medewerkers.
  • bijdrage en ontwikkeling (individuele) medewerkers;
  • beschikbaarheid (kwaliteit/kwantiteit) personeel;
  • motivatie/inzet personeel;
  • (kortdurend) verzuim;
  • aantal overgenomen adviezen.
Admini­stratie en registratie
  • vastleggen en doorgeven van gegevens (verbruikte hoeveelheden, voorraden, dieren, mest, medicatie) in systemen t.b.v. registratie en verantwoording;
  • uitzoeken van oorzaken van afwijkingen en toelichten/verantwoorden van gegevens (ad hoc en periodiek).
  • juistheid, volledigheid en tijdigheid van vastgelegde gegevens;
  • traceerbaarheid/terugvindbaarheid gegevens.

Bezwarende omstandigheden

  • Hinder van temperatuurverschillen, stof, stank, vuil en vocht.

Het functieniveau wordt enkel bepaald door de inhoud van de functieomschrijving en niet door het competentieprofiel.

Kennis en vaardigheden

  • MBO 4 werk- en denkniveau.
  • Ervaring en affiniteit met dierverzorging.
  • Inzicht in de werking van apparatuur en systemen.
  • Kennis van gehanteerde procedures en werkinstructies.
  • Kennis van (de werking van) toe te dienen medicatie en voerrecepturen.
  • - Inzicht in regulier en afwijkend gedrag voor de specifieke verschillende diergroep(en).
  • - Inzicht in de markt van leveranciers en ketenpartners.
  • - Ervaring met het aansturen van medewerkers

Competentieprofiel

Aansturend (4):
  • is in staat de werkzaamheden van de medewerkers te controleren;
  • is in staat te anticiperen door waar nodig in overleg de werkzaamheden van de medewerkers aan te passen.
Beslissend en activiteiten initiërend (5):
  • is in staat op basis van complexe en onvolledige informatie besluiten te nemen die implicaties hebben voor de organisatie/het organisatie-onderdeel;
  • betrekt anderen bij de besluitvorming en vraagt terugkoppeling;
  • is in staat het voortouw te nemen in het opstarten van activiteiten.
Ethisch en integer handelend (5):
  • is in staat anderen aan te spreken op hun verantwoordelijkheid voor het eigen handelen;
  • heeft duidelijke waarden en normen over wat wel en niet kan en heeft hierin een zichtbare voorbeeldrol;
  • slaagt erin de waarden te bewaken.
Middelenbewustzijn (4):
  • is in staat op basis van de werkzaamheden, de planning, in te zetten personeel en het ondernemingsbeleid te kiezen welke materialen en middelen binnen de organisatie nodig zijn;
  • is in staat de afweging te maken welke materialen en middelen aangeschaft en welke ingehuurd worden.
Plannend en organiserend (4):
  • is in staat te coördineren en de organisatie te adviseren over de inzet van mensen, middelen en materialen op basis van een planning voor één of meerdere maanden;
  • is in staat de voortgang te voorspellen op basis van resultaten en prioriteiten te stellen bij onvoorziene omstandigheden om de geplande doelen te behalen.

Functie-indeling - Niveau-Onderscheidende Kenmerken (NOK)

Teamleider dierverzorging I Teamleider dierverzorging II
Aard van de werkzaamheden
  • Operationele voortgang: focus ligt op korte termijn planning, (bij)sturing, prioritering, toezien en afstemming met interne schakels in de keten.
  • Beschikbaarheid middelen: toezien gebruik, bestellen en borgen beschikbaarheid.
  • Input voor optimalisatie: signaleren knelpunten en doorvoeren gefiatteerde verbeteringen.
  • Personeelsbeheer: toepassen operationele personeelsinstrumenten en bevorderen kennis en werkklimaat.
  • Administratie en informatie: vastleggen en doorgeven gegevens, uitzoeken oorzaken/afwijkingen, toelichten en verantwoorden.
  • Operationele voortgang: Idem I + uitwerken en uitvoeren van afdelingsplannen, week-/maandscope en externe afstemming en relatieonderhoud.
  • Beschikbaarheid middelen: Idem I + monitoren en evalueren leveranciersprestaties en voorbereiden van onderhandelingen en adviseren leidinggevende omtrent gunning.
  • Optimalisatie: idem I + doen van verbetervoorstellen en uitwerken en toelichten van verbetermogelijkheden.
  • Personeelsbeheer: Idem I.
  • Administratie en informatie: Idem I.
Leidinggeven
  • Hiërarchisch 5 – 15 medewerkers.
  • Hiërarchisch 15 – 30 medewerkers.
Vrijheidsgraden
  • Indien zich problemen voordoen die al eerder aan de orde zijn geweest, neemt hij/zij zelf een besluit en koppelt dat achteraf terug.
  • Besluiten vallend binnen de eigen verantwoordelijkheid worden in principe zelfstandig genomen, waarbij de teamleider zich laat adviseren door de leidinggevende.
Bezwarende omstandigheden
  • Door meewerkend karakter is er sprake van fysieke eisen, risico’s en gedwongen houding, evenals hinder van omgevingsomstandigheden.
  • Door niet-meewerkend karakter primair hinder van omgevingsomstandigheden.
Functiebenamingen (oud)
  • Geen oude referentie beschikbaar.
  • Geen oude referentie beschikbaar.