Referentiefuncties Dierhouderij

Functiecategorie

Functieschaal

Leidinggevend


Zoeken op oude referentiefunctienamen

Systeembeheerder

Kenmerken van de referentiefunctie

De systeembeheerder komt voor in middelgrote en grote agrarische bedrijven, in kleinere bedrijven wordt dit specialisme vaak uitbesteed. De functiehouder is verantwoordelijk voor het technisch beheer van de infrastructuur, die over het algemeen bestaat uit (de)centrale hardware (servers, desktops, laptops, printers, etc.), besturings- en communicatiesystemen, databases, randapparatuur, e.d. Hij/zij richt zich op het operationeel beheer (het in de lucht houden van) de bestaande infrastructuur en verzorgt 1e lijns gebruikersondersteuning.

Organisatie

  • Direct leidinggevende: niet-vakinhoudelijk leidinggevende
  • Geeft leiding aan: niet van toepassing
Resultaat­gebieden Taken Resultaatindicatoren
Opera­tionele perfor­mance infra­structuur
  • bewaken van de performance, uitvoeren van preventieve controles, beoordelen van foutmeldingen en signaleren van (dreigende) verstoringen;
  • oplossen van zich voordoende problemen door het analyseren van storingsoorzaken en het uitvoeren van herstelwerkzaamheden, zowel voor wat betreft de hardware als de besturingsaspecten, inschakelen leidinggevende of derden bij meer omvangrijke problemen;
  • bestellen en vervangen van (onderdelen van) hardware, systeemsoftware en randapparatuur, testen en (her)installeren van (updates van) systeemprogrammatuur;
  • up-to-date houden van de (systeem)documentatie;
  • installeren en configureren van PC’s en kantoorprogrammatuur;
  • uitvoeren van 1e lijns reparaties aan hardware (bekabeling, vervangen printkaarten), her-installeren van software.
  • mate waarin systemen voldoen aan prestatiekenmerken (uptime, snelheid, etc.);
  • frequentie en omvang storingen;
  • gebruikerstevredenheid;
  • afhandeling problemen door externe dienstverlener conform afspraken.
Advies en implemen­tatie infra­structurele verbete­ringen
  • signaleren van wenselijke aanpassingen/uitbreidingen van de infrastructuur naar de leidinggevende;
  • participeren in projectgroepen gericht op het uitwerken van verbeteringen, beoordelen van concept-projectplannen, aangeven van technische mogelijkheden/ beperkingen/alternatieven;
  • doorvoeren van verbeteringen in infrastructuur volgens vastgesteld plan, uittesten van verbeteringen en aangeven van noodzakelijke aanpassingen;
  • aanpassen van procedures, handleidingen, e.d. toegesneden op wijzigingen in de infrastructuur.
  • juist geïnstalleerde programmatuur;
  • aantal (%) geaccepteerde voorstellen;
  • verbetering performance;
  • performance tijdens opstartfase;
  • actualiteit documentatie.
Operatio­neel security-, calami­teiten- en continuï­teits­beheer
  • veilig stellen van bestandsgegevens door het uitvoeren van de back-up en recovery-procedures;
  • uitgeven/inbrengen van autorisaties volgens opgave, signaleren van vermeende onjuistheden in autorisaties;
  • doorvoeren van maatregelen voor het minimaliseren van verstoringen als gevolg van in- en externe interventies (hacking, virussen, stroomstoringen, e.d.);
  • up-to-date houden van licenties en handboeken.
  • aantal waargenomen onregelmatigheden;
  • beschikbaarheid van actuele gegevens;
  • afwezigheid van gegevensverlies.
Gebruikers­onder­steuning
  • oplossen van vragen van gebruikers t.a.v. de werking van decentrale hard-, netware en randapparatuur, alsmede meldingen die te maken hebben met de centrale configuratie, vastleggen van evt. achterliggende technische oorzaken en afstemmen met leveranciers;
  • bijhouden logboek, bewaken voortgang in de afhandeling;
  • analyseren van trends in meldingen, doen van verbetervoorstellen en/of aanpassing van gebruikersinstructies.
  • gebruikerstevredenheid;
  • aansluitend op hulpvraag, ondersteuning;
  • snelheid afhandeling meldingen/incidenten;
  • frequentie waarin incidenten zich herhalen.

Bezwarende omstandigheden

  • Eenzijdige houding en belasting van oog- en rugspieren bij beeldschermwerkzaamheden.
  • Soms krachtinspanning bij verplaatsen van apparatuur en uitvoeren van reparaties.

Het functieniveau wordt enkel bepaald door de inhoud van de functieomschrijving en niet door het competentieprofiel.

Kennis en vaardigheden

  • MBO/MBO+ werk- en denkniveau (informatica of vergelijkbaar).
  • Kennis van gangbare kantoorapplicaties.
  • Ruime kennis van TCP/IP-netwerken (LAN, WAN).
  • Enige relevante werkervaring in een soortgelijke functie.

Competentieprofiel

Analyserend (4):
  • is in staat betrouwbare informatiebronnen te selecteren, ze met elkaar te vergelijken en op basis daarvan verbetervoorstellen te doen voor zijn werkzaamheden.
Beslissend en activiteiten initiërend (4):
  • is in staat zelfstandig beslissingen te nemen;
  • is in staat initiatieven te nemen om te waarborgen dat passend gereageerd wordt op veranderende omstandigheden bij lopende processen waarvoor hij verantwoordelijk is.
Vakdeskundigheid toepassend (4):
  • werkt accuraat, lang en stevig door, ook bij het uitvoeren van meerdere specialistische en ingewikkelde taken;
  • is in staat bekende en onbekende werkzaamheden goed in te schatten;
  • is in staat nieuwe ontwikkelingen in zijn vakgebied te benoemen;
  • slaagt erin zijn kennis en ervaring toe te passen, die te delen met anderen en over te dragen waar nodig.
Onderzoekend (4):
  • is in staat systematisch onderzoek te doen naar curatieve en preventieve oplossingen voor manco’s op het bedrijf en daarvoor structureel informatie op te zoeken over complexe onderwerpen en specialismen in informatiebronnen.
Klantgerichtheid (4):
  • herkent signalen van de klant;
  • is in staat per geval een passende aanpak te kiezen om de klanttevredenheid te verhogen en kan de aanpak vertalen in een beleid op het bedrijf.